Terug naar overzicht

“Talent met goesting” het is zowat de essentie …

We interviewden we Tubbe-starter WZC De Noordhinder van WV het Dak uit Knokke.

Franck Libeer & Katrien van Acker met een gepassioneerd verhaal over talent met goesting.

“We zijn nu ongeveer een jaar officieel gestart met Tubbe. Fantastisch – maar als we eerlijk zijn was het niet altijd even makkelijk,”  zegt Franck Libeer (Algemeen Directeur WV Het Dak) onomwonden: “Je kan het verhaal niet zomaar opleggen of verwachten van medewerkers om zomaar om te schakelen. Maar als je inzet op medewerkers die goesting hebben om met de Tubbe principes aan de slag te gaan zie je hun talenten al snel bovenkomen. En dat werkt bovendien ook aanstekelijk voor de andere medewerkers.

Wat we zien is dat veel mensen vanuit vrij sterkte structuren komen. Verpleekundigen en mensen die we aanwerven zijn sterk geschoold op die zorgtaken – de focus op was en plas.  Ook een sterk verantwoordelijkheidsgevoel over het paramedische speelt mee. Dat veranderen is niet altijd even makkelijk en heeft ook niet altijd te maken met onwil. Het zien van mensen die het goed doen zorgt dat anderen hun talenten ook willen tonen. Een strakke analyse. Zelf was Franck jarenlang de CEO van “Die Keure uitgeverij”. Een zakenman dus. Vanwaar die switch naar zorg?

Franck: “Mensen en de relaties  tussen mensen waren altijd een drijfveer voor mij, ook in de uitgeverswereld. Het was een stille droom om naar het eind van mijn carrière toe naar de zorg te stappen – toen de mogelijkheid er kwam met “WV het Dak” sprong ik. 

En tevreden? Franck: Absoluut – ik kan mijn ervaring op een andere manier inzetten en ons team helpen groeien; complementariteit zoeken en vinden. Er zijn zeker fundamentele verschillen tussen zakenleven en zorg. Zorg is warmer – maar in essentie gaat het altijd om hetzelfde: talent laten groeien en mensen waarderen – ook de bewoners in ons geval.

Talent keert telkens terug?

Toch wel:  Die match van talenten is belangrijk – en dan bedoel ik nu vooral bewoners hun talent koppelen aan dat van medewerkers. De aandachtspersonen talengericht laten werken met andere woorden. Vooral bij de oudste en jongste medewerkers vraagt dat schakelen. Ze kampen beiden met een soort schrik om iets niet volgens het boekje te doen. De ene door de jarenlange manier van werken, de andere door net van de schoolbanken te komen.

Door mensen te laten matchen op talent, hobby of wat ze graag doen zetten we dingen in beweging. Als je de artikels leest op tubbe.be keert het wel vaker terug: zet kleine stappen en dat klopt echt. Wat we merkten is dat het verhaal “wonen en leven” voor veel van de collega’s een abstract begrip bleef. Door met kleine successen te werken maakten we langzaam duidelijk de keuzevrijheid en participatie een attitude is. Zowel van bewoners als medewerkers.  We haalden wonen en leven weg van “een actiepunt” en besloten: “wonen en leven is onze werking!”

We zien soms bewoners- of gebruiksraden, maar voor ons werkte dat “formele” minder. We de-instutionaliseerden als het ware tot een “koffieklets”. Maar die koffieklets wérkt voor ons: er komen veel meer mensen op af en we halen er veel meer uit.  We doen dat trouwens met 1 agendapunt en taart. Na corona zaten we soms ook wat in het defensief: familie leek toen vooral te klagen en dat zorgde voor moeilijke gesprekken en weinig openheid van beide kanten.

De koffieklets loste dat voor ons op.

Katrien (vrijwilligers coördinator):  dat werkt trouwens ook goed voor de vrijwilligers. Wat informeler.  We zoeken daar ook naar wat de mensen graag doen voor anderen. Zo groeiden we tot een 50-tal vrijwilligers. Ze gaan wandelen met de bewoners, eens naar de markt of helpen gewoon bij het eten. Leuk is dat we bewoners vaak al langer kennen. We hebben ook assistentiewoningen en mensen stromen eigelijk door van die setting naar hier. Zo kunnen we de vrijwilligers ook beter inzetten; ze evolueren ook mee.  Bewoners komen hier soms ook tijdelijk terecht, na een val of incident. Het is dan wel goed dat de vrijwilligers ook meestromen – het stelt mensen op hun gemak. Sommige mensen zoals André wonen hier al 25 jaar.

Franck: “De vrijwilligers komen trouwens vaak uit de buurt, een aantal gepensioneerd en op zoek naar zingeving. We zetten echt actief in op die contacten met de buurt.

Katrien: “Ook naar de school toe bijvoorbeeld, we laten kinderen en onze bewoners samen werken aan een spel of een leuke namiddag. Dat vinden zowel jong als oud plezant – het samen lezen is een hefboom voor beide. Het houdt onze mensen jong van geest en de kids leren lezen.

Franck: “We proberen trouwens ook naar het schoolgebouw te gaan – een Digibord voor mensen die nog op een lei schreven – het is speciaal voor hen. Mensen komen daar enthousiast van terug.

Dat enthousiasme van kleine dingen proberen we over te zetten op andere zaken.”

We merkten dat door de implementatie van Tubbe medewerkers soms het gevoel hadden dat mensen minder leuke taken uitstelden op het einde van hun shiften; dat werkte wervel op bij anderen – “wij moeten het vuile werk doen”.  Maar dan haalden we zoveel mogelijk uit een kleine win; vroegere smeerden we zelf alle boterhammen standaard. Maar door daar veel meer de bewoners zelf bij te betrekken of met wat hulp van vrijwilligers doen bewoners daar veel meer zelf in. Ze hebben dat ook liever.

Katrien: Eens dat besef komt: “mensen hebben het liever” dan komen dingen in beweging.

Bewoners vonden het ook leuk zelf de stoelen te kiezen met de medewerkers.  We dachten aan 4 stoelen te komen per zaal – maar mensen vonden 2 types genoeg – geen kakofonie was de repliek. Dat gaf bij sommige medewerkers ook een klik. Ook mensen laten kiezen hoe vaak ze in bad willen – het was eerst een drempel voor sommigen; maar intussen wéten ze André wil maar 1 keer per week in bad. Hij heeft dat liever.

Hetzelfde met de menu groep – dat is eigenlijk ook een succes intussen.  Klein begonnen met gerechten bespreken en wat inspraak in het menu. Maar intussen groeide die participatie wordt echt samen met de kok gekeken naar “wat wil je eten”. Trouwens: elke woensdag doet de kookploeg een extra en koken ze iets speciaals voor een kleine groep. Dat wordt enorm geapprecieerd door de mensen. Ook de kok “jeunt” zich daardoor een stuk meer in zijn job. Mensen zien met veel smaak eten maakt de kok gelukkig.

Wat ze willen

Katrien: “We geven mensen wat ze willen” is het gevoel dat meer en meer leeft. Daar zijn we heel blij mee. Daar zit een grotere verandering intussen in de mentaliteit.  Een verzorgende die met een bewoner weggaat moet eens kunnen – dat begint echt te leven. En dat kan klein zijn: ik wil eens rijden door de straat waar ik vroeger woonde. Eén van vele blaadjes aan de wensboom. Maar het kan wel makkelijk mits wat openheid van geest.

Franck; zelf maakte je de switch van zakenleven naar zorg. Gezien de tekorten in de zorg interessant – ook bij verzorgende zijn er zijinstromers. Heb je daar tips om de juiste instromers te vinden?

Franck:  zoek “mensen mensen”, mensen die geïnteresseerd zijn in hoe andere zich voelen. Zet in op hun interesses. Dat is trouwens iets wat wij nu proberen doen. De mensen hun interesses en talenten in kaart brengen; zowel van medewerkers als bewoners!  Daar ligt de sleutel voor gelukkige bewoners én medewerkers met goesting.

Met de dag van de zorg zetten we de deuren open voor de buren – we zoeken nog fietsers voor onze duofiets die we recent geschonken kregen door de Lions! 

De bewoners helpen alvast enthousiast zoeken naar nieuw talent om mee te fietsen met de Noordhinder!